22 februari, 2013

Het oosten des lands - Jordy Kuijper


Het is al weer een paar maanden geleden dat ik aan de studie Bos en Natuurbeheer ben begonnen in Velp. Omdat dit niet echt om de hoek ligt ben ik daar in de buurt op kamers gegaan. En ja dat is wel even wennen, maar met een karper visser als huisgenoot en een zee van wateren in de buurt, waaronder de IJsel, is het wel vol te houden. Tijd om er is een hengeltje uit te gooien…


Het is al een paar weken terug dat ik en Daan (huisgenoot) plannen maken voor de eerste karper sessie hier in de buurt. Het is nog midden in de winter en met deze lage temperaturen zoeken we een niet al te lastig water. Tenminste een water wat makkelijk oogt, want we weten verder namelijk niks over de omliggende wateren.

De keuze wordt gemaakt voor de Oude-IJsel. Dit is een kanaal wat vroeger, de naam verklapt het al, verbonden zat met de IJsel. Nu is het verbonden door middel van een gemaal waardoor het water lichtjes stroomt. Ook wordt het kanaal druk bevaart door vrachtschepen. We fietsen een groot stuk van het kanaal af op zoek naar een mooie winter stek. Als we na een paar minuten door te kou fietsen bij een brug aankomen is de keuze vrijwel snel gemaakt. De brug pijlers in het water en de woonboten aan de andere kant zien er al als mooie winterse stekken uit. We voeren alle twee de stekken lichtjes aan met enkele halve boilies en wat blik mais. Dit herhalend een paar keer per week en dat zo’n twee weken lang. Als de temperaturen dan eindelijk een beetje beginnen te stijgen en de zon zijn werk doet plannen we de sessie in.


Het is zondag en het begint allemaal weer niet volgens plan. Eerst verslaap ik me en dan hoor ik ook nog eens dat door een bommelding op Sloterdijk ik pas rond vijf uur in Arnhem aankom. Daan is al op de kamer en besluit in de tussen tijd maar eventjes te gaan snoeken. Als ik op mijn kamer aankom hoor ik dat Daan drie snoekjes heeft kunnen vangen. Mooi begin van de sessie dus! Snel pakken we onze visspullen bij elkaar en fietsen we naar de vis stek toe. Jammer genoeg is het al donker als we aankomen en het ingooien moet dus een beetje op gevoel. Uiteindelijk ligt alles en is het maar hopen dat we een goede keuze hebben gemaakt.

Het ijs staat op de tent, onthaakmaat, schepnet en eigenlijk alles wat vochtig is. Ja, dat verklaart dus waarom we het zo koud hadden. We warmen nog een soepje op en besluiten daarna om maar de warme slaapzakken op te gaan zoeken.

Als het rond 2uur in de nacht is krijgt Daan enkele piepen. Hij sprint te tent uit en slaat aan. De hengel buigt rond en de vis wordt van de woonboot afgehouden. Een echte winter karper is een feit, niet te geloven! Als de karper na een korte dril op de mat ligt hebben we het toch wel weer even een beetje warm. Het geeft ons alle twee een goede voldoening voor elke keer door de kou te fietsen om te voeren. Wat wel een opvallend punt was, is dat toen de aanbeet kwam het plotseling weer aan het dooien was. Paar uren later vroor het weer flink en kregen we geen enkele piep meer. Zal dat paar graden verschil dan toch de karper hebben doen laten azen?


S’ochtends vroeg staan we al weer op om de spullen in te pakken. Over enkele uren moeten we namelijk weer in de collegezaal zitten. Kunnen we weer verder slapen.

Vangze!
Jordy

Geen opmerkingen :

Een reactie posten